Bij het schrijven probeer ik de wereld die ik bouw zo waarschijnlijk mogelijk te maken. De Bloedsteen is fantasy, dus feitelijk kan ik verzinnen wat ik wil en hoeft het niet te stroken met onze dagelijkse werkelijkheid. Toch zijn aanknopingspunten met de realiteit wel prettig. Lezers moeten zich in de personages en de gebouwde wereld kunnen herkennen en geen hele studie nodig hebben om die te begrijpen.
In De Bloedsteen zit een personage dat goed zijn weg op internet kan vinden. Hij moet berichten kunnen onderscheppen en weten wat hacken is. Ik weet daar helemaal niets van, dus moest ik me erin verdiepen. Hoewel ik niet de diepte in ga wat zijn activiteiten betreft, wil ik wel een beetje weten wat hij meemaakt en hoe hij de wereld ziet. Iemand raadde me het boek Hackers van Gerard Janssen aan en Het is oorlog maar niemand die het ziet van Huib Modderkolk. Er ging een wereld voor me open. Hackers zijn kleurrijke types en zoals Janssen ze beschreef, zag ik overeenkomsten met de mensen die ik op een fantasy event zie. Nieuwsgierige, creatieve mensen, die kritisch naar de wereld kijken, wars zijn van hokjes denken, hun laptop graag vol met stickers plakken (of niet) en van puzzelen houden. Natuurlijk wilde ik ook weten hoe het is om te hacken en beproefde ik mijn geluk met capture the flag van Pico CTF, een educatief programma voor mensen vanaf 13 jaar. Het werd een groot fiasco. Ik ben niet in de wieg gelegd voor het doorgronden van de wereld die achter mijn beeldscherm schuilgaat. Om daar werkelijk iets mee te kunnen, is het nodig dat je veel tijd, geduld en nog meer toewijding investeert. Dat laatste is niet op mij van toepassing en de tijd, het geduld en de toewijding heb ik nodig om te schrijven.
Door het lezen van de boeken leerde ik wel de wereld van mijn personage kennen. Ik raad de boeken aan iedereen aan die op een laagdrempelige manier iets wil leren over wat er gaande is in onze digitale wereld en niet per se onbezorgd wil kunnen slapen.
Reactie plaatsen
Reacties