Er zijn collega-schrijvers wie het lukt om elke dag te schrijven. Ik benijd ze! Het leven haalt me regelmatig in en dan kom ik niet tot schrijven. Naast het werk en mijn opleiding, is er ook een huishouden dat aandacht vraagt, zelfs als je (zoals ik) geen mevrouw Helderder bent. Verder zijn er lopende zaken die geregeld moeten worden. Van de weinige tijd die ik heb voor vrienden en familie wil ik ook niets afhalen, anders blijft er niets meer voor ons over en als ik alles gedaan heb, ben ik soms eenvoudigweg moe.
Schrijven als ik moe ben, lukt me zelden. Dit weekend was zo’n weekend, maar ik had tijd en wilde toch schrijven. Ik besloot om niet aan het boek te werken, maar aan een kortverhaal en dat heb ik gisteren ook gedaan. Vandaag wilde ik verder gaan. Ik opende de tekst en herlas wat ik gisteren had geschreven: ‘De nevel was zwaarder geworden.’ Oké, dat is ‘tell’, dat moet ‘show’ worden. Zulke zinnen zijn wat mij betreft prima in de onderzoekende fase van het verhaal, waarin het me erom gaat om uit te vinden hoe het verhaal loopt, maar hoe fijn zou het zijn als ik automatisch laat zien wat er gebeurt en het niet vertel? Goed, werk voor later dus, niet voor vandaag. Na de volgende zin stond er: ‘De nevel werd dunner.’ Ja, wat wordt hij nou, Marleen? Ik weet wat ik wil, maar het lukt me niet om het op te schrijven. De nevel is belangrijk en vannacht kreeg ik een mooi beeld van wat de nevel moest gaan doen. Als ik het beeld er zo invoeg, wordt de puinhoop alleen maar groter. Ik heb het idee maar onder de tekst gezet, zodat het niet weg is als ik weer ga schrijven.
Vandaag is het er de dag niet voor. Ik leg me erbij neer. Er zullen weer periodes komen met meer tijd en een helder hoofd. Dan duik ik weer in mijn verhalen en zoek ik tot op de bodem uit hoe ik het hebben wil. Nu kan ik beter met de was verdergaan, daar word ik vast ook blij van. Fris ruikende stapeltjes en een regenboog aan kleuren op hangers in de kast. Ja, dat is prachtig.
Reactie plaatsen
Reacties